28e zondag Oogstdankdag

16 oktober 2024 | Rubriek

Wat is rijkdom?

 

Welke plek nemen wij in, in het verhaal van het Evangelie? Wellicht voelen wij ons verbonden met de rijke jonge man. Een man die nogal overtuigd is van zijn voorbeeldig leven. Iemand die Jezus aanspreekt als “goede meester”, want hij verwacht van Hem een goede en positieve reactie. Want vanaf zijn jeugd onderhoudt hij de geboden op voorbeeldige wijze, dus vindt hij dat hij ook op een eeuwige beloning mag rekenen. Dat moet ook voor ons heel herkenbaar zijn, want ook wij hebben de neiging te denken dat we heel goed bezig zijn als we onze geboden goed onderhouden en dat we daarmee zeker de hemel verdienen. Ja, wij denken dat wij niemand tekort doen, ook wij eren meestal onze vaders en moeders en volgen braaf de dagelijkse leefregels op. Maar dat blijkt voor Jezus niet genoeg te zijn. Hij is niet gediend van al dat gevlei van die rijke jongeman, nee wat wij doen is niet genoeg, wij moeten alles verkopen wat we bezitten en het aan de armen geven, wil hij het eeuwig leven kunnen verwerven. Jezus ‘kritiek is niet mals, en hij zegt dan ook nog dat eht voor een kameel gemakkelijke is door een naald te kruipen, dan voor een rijke het Koninkrijk Gods binnen te gaan. Bij een naald moet u denken aan een hele smalle doorgang in Jeruzalem. Voordat een kameel er door kan moet hij ontdaan worden van alle pakken die op zijn rug zijn gebonden, ontdaan zijn van alle ballast die hij meedraagt. Geldt dat ook niet voor ons?

 

Een heel duidelijk voorbeeld uit onze geschiedenis is dat van Franciscus van Assisi, wiens jaarfeest wij vierden op 4 oktober. Hij gooit op een gegeven moment radicaal zijn leven om. Hij moest als zoon van een rijke koopman aan allerlei verplichtingen voldoen. Hij moest veel, maar bereikt er niets mee. Toen draaide hij zijn leven om, ontdeed zich van alle goederen die hij bezat, gooide zijn kleren uit de raam, en volgde zijn levensweg, naakt, als en mannetje met niets. En hij ging leven los van alle rangen en standen, los van de weelde van zijn ouders, hij zat niet meer hoog te paard, waarbij hij voorbijreed aan alles wat beneden zijn stand was. Hij wilde alleen maar leven in eenvoud en kind van God zijn. Zo eerde hij zijn levensdagen naar waarde te schatten, zoals staat in Psalm 90, en kwam hij tot wijsheid van hart.

 

En wij, hoe staan wij in het leven? Met wie voelen wij ons het meest verbonden? Met de rijke jongeling uit het Evangelie of met Franciscus? Wij die zo rijk zijn, en nog altijd bezig zijn nog meer rijkdom te vergaren? Wij die zoveel ballast meedragen in ons leven? Wij die zo moeilijk afstand kunnen doen van dingen, en door onze honger om nog rijker te worden, onze aarde vernietigen en daardoor het leven onmogelijk maken op deze aardbol? Wij die denken te leven naar waarden en normen die de kerk ons voorhoudt en denken zo goed in de veilige zone te zitten? Zijn wij bereid om een stapje terug te doen en afstand te doen van ons bezit om Jezus te volgen? Paus Franciscus, die niet voor niets de naam heeft gekozen van de Heilige Franciscus, waarschuwt ons in zijn encycliek Laudtio Si, voor de gevolgen van de rijkdom die wij ons hebben aangemeten, en vraagt ons om ons leven om te keren, anders gaat het niet goed.

 

Stellen wij ons de vraag of wij gered kunnen worden? Of zijn wij niet bereid om, net al de rijke jongeman geen afstand te doen van ons bezit? Komt dan ook niet voor ons de vraag: Kunnen wij nog gered worden? En daarbij hoef je niet alleen te denken aan ons bezit, maar aan alle dingen waaraan we met handen en voeten gebonden zijn rijkdom en bezit, regels en wetten, kennis, ambitie en succes, tradities, alle dingen waar we niet buiten kunnen.

 

Lieve mensen,

het is geen gemakkelijke boodschap die we vandaag horen, want de eisen van Jezus zijn niet niets. Maar als alleen God goed is, en zelfs Jezus daar niet aan kan voldoen, en ook niet de apostelen, dan geeft het ons moed dat ook wij daar niet helemaal aan kunnen voldoen. Zolang wij ons best doen, zo goed en zo eerlijk mogelijk te leven, wanneer wij naar het voorbeeld van Jezus zo goed zijn voor onze naaste als onszelf, dan helpen we mee aan het bouwen van Gods Koninkrijk van liefde, vrede en gerechtigheid. Die wijsheid maakt dat we niet verslaafd zijn aan onszelf, aan macht en rijkdom, aan alles waar we ons met handen en voeten aan gebonden voelen. Moge die wijsheid ons leiden naar de weg Jezus, en dat is een mooie en goede weg.

 

Amen.

 

Ootmarsum, 12 oktober 2024

 

Pastor Jan Kerkhof Jonkman

 

 

 

Oogstdankdag 2024: Als je slaapt kiemt het zaad!

 

Lieve mensen,

 

Wat mogen we gelukkig zijn , hier in onze rijkelijk versierde kerk, vol met producten die onze natuur met de hand van de mens heeft opgeleverd. Maar wanneer we spreken over het wonder van de natuur, dan heb je het niet alleen deze producten, of de producten die in de winkels liggen en die komen uit allerlei landen, maar dan behelst dat veel meer. Dat zie je ook wanneer je een kind ziet spelen dat een vlinder vangt of vol bewondering kijkt naar de worm in de aarde, mensen die geniet van jonge poesjes of jonge hondjes, van lammetjes tot geitjes, die iets van onze oergevoelens naar leven en levensdrang kenbaar maken. Jonge levens vertederen, maar vragen tegelijk om bescherming. Het is het wonder van de natuur. Zoals ik ook de afgelopen week een jong echtpaar ontmoette dat hun eerstgeborenen wilde laten dopen. Ze vertelden dat hun zwangerschap heel moeizaam was verlopen, dat er een jarenlang traject aan voorafgegaan was, maar dat ze uiteindelijk toch zwanger raakte, het er leven kwam in hun vruchten. En daarom waren ze zo ontzettend dankbaar jegens God, dat ze hun kind ook graag wilden laten dopen. Dankbaarheid naar God toe voor het nieuwe leven, dat is lang niet altijd meer vanzelfsprekend.

 

Het wonder van de natuur, het wonder van nieuw leven, het lijkt zo vanzelfsprekend, het lijkt zo gewoon, maar telkens is het zo bijzonder, elke keer maar opnieuw, elk jaar opnieuw. Het heeft alles te maken met de schitterende cyclus van sterven en weer opnieuw tot leven komen. Een wonder dat we maar moeilijk begrijpen, het ontstijgt onze menselijke bevattingsvermogens, het is zo ongrijpbaar, het is mysterieus, het is niet iets van mensen, maar van God. Zo lazen we ook in het Evangelie, waarin de man de akker bewerkt en het zaad zaait. We kunnen het land bewerken en bemesten, maar zijn afhankelijk van de kiemkracht die erin zit, zijn afhankelijk van de omstandigheden, zoals de regen en de warmte van de zon. Als boer weet je dat als geen ander, Terwijl je als het ware slaapt, voltrekt zich dan een wonder. Maar het kan ook misgaan, zodanig dat we de oogst als verloren moeten beschouwen. Zo mogen we dit jaar stilstaan bij een redelijke goede oogst, ondanks de vele regen die er over het land kwam. Het is dan ook goed om daar bij stil te staan bij dit wonder in de natuur, bij het wonder van het voor ons zo ongewone. En zo komen we ook dichter bij het verhaal van Jezus, die in het evangelie probeert uit te drukken hoe bijzonder de voor ons gewone dingen zijn, hoe God in de natuur, in ons eigen leven aan het werk is. Hij herkent Gods Hand in de schepping, in het werk in de natuur, Hij herkent hoe God het ook doet in de mens, hoe Hij de plannen uitvoert. Hij ziet het werk van de boer, hoe in het zaad de kiemkracht zit. De man weet niet hoe! En hoeveel wij tegenwoordig ook weten over nucleonen, genen en chromosomen, het wonder erachter blijft ongrijpbaar. Ook wij mogen ons verheugen, net als de boer uit het Evangelie, dat het zaad ontkiemt, want hij weet niet hoe.

 

Jezus herkent God in de werking van het piepkleine mosterdzaadje, dat uitgroeit tot een grote boom, waarin de vogels hun nest kunnen bouwen. Hij herkent in het werk van de boer op het land en in de tuin, de hand van Zijn Vader.

 

Oogstdankdag, we zouden het dan ook zeker de dankdag voor de gave van het leven mogen noemen. We danken voor de gave van de oogst, maar zou het niet goed zijn om God ook te danken voor het leven, dat bijvoorbeeld ouders danken voor hun kinderen, en kinderen danken voor hun ouders? Dat mannen danken voor hun vrouwen en vrouwen voor hun mannen? Een dankdag voor het leven, om stil te staan bij wat we zijn en ons niet blind staren op datgene wat we hebben of niet hebben. Dankdag voor het leven, dank voor het licht van de zon, de lucht, die inademen, het water, het brood, het dak boven jouw hoofd, de baan die je hebt. Dankdag omdat we allen weten dat er miljoenen zijn zonder dagelijks brood, zonder baan, zonder man of vrouw, zonder kinderen.

 

Oogstdankdag, geloven in de kiemkracht van het goede, je inzetten om de goede omgeving te scheppen, zodat her goede zaad gaat ontkiemen. Mogen dit de uitnodiging zijn aan gezinnen, aan werkgevers, aan scholen, aan clubs en verenigingen. Kijken met de ogen van Jezus en dan zien dat in al dat kleine, Gods Koninkrijk aan het groeien is.  Ik spreek de hoop uit dat naast al het zichtbare hier in de kerk, ook al het onzichtbare aan vruchten van godheid, liefde, respect, geloof en vertrouwen, hier op het altaar mag komen als teken van het wonder van de natuur, het wonder van Gods Schepping, het wonder van het Koninkrijk van God, het wonder van het leven. Amen.

 

Beuningen, 12 oktober 2024,

 

Pastor Jan Kerkhof Jonkman