32e zondag door het jaar – Hubertusviering

10 november 2024 | Rubriek

 

Geloof dat bergen kan verzetten

Het is wel merkwaardig wat vandaag lezen in de Schriftverhalen, twee weduwen die een onvoorstelbaar vertrouwen en geloof hebben in Gods liefde, liefde die geen grenzen kent. We kunnen het ons zo moeilijk voorstellen, de situatie waarin deze twee vrouwen moeten leven. Ze weten niet hoe ze de dag moeten doorkomen, hoe ze overleven tot morgen. En toch geven ze aan de ander wat ze eigenlijk niet kunnen missen. Hoe kan dat toch, vraag je je af, dat je zo’n groot vertrouwen hebt in God. In onze samenleving, waarin God naar de buitengrenzen is verdwenen, is dat moeilijk voor te stellen. Ik hoorde onlangs nog van een vrijwilliger van de Voedselbank, daar komen deze situaties nog wekelijks voor, mensen die niet weten hoe ze de week moeten doorkomen, mensen die moeten leven van zeventig of tachtig euro in de week. Juist zij zijn heel solidair met elkaar wanneer ze hun wekelijkse krat voedsel ophalen. Zij steunen elkaar, zij kunnen uit hun schaarse pakket dingen missen wanneer iemand anders ze meer nodig heeft. En wij maar klagen dat de boodschappen zo duur zijn geworden, terwijl we gewoon onze boodschappenkar vol pakken. Ik herinner mij nog wij vroeger alles met elkaar deelden, dat wanneer er een plotselinge gast aanklopte, moeder het stukje vlees kleiner maakte en ieder tevreden aan tafel zat en genoeg te eten had. Nee, wij zijn niet zo goed in het geven aan de ander, aan de mensen in nood, aan welzijnszorg, aan broederlijk delen. Nee dan sluiten we ons liever op in ons eigen huis en doen de deur niet open wanneer mensen aanbellen. Ik herinner mij nog goed hoe ik in 1990, het IJzeren Gordijn was net gevallen in het Oostblok, ik contacten legde met Tsjechië voor de jongeren uit de gemeente Tubbergen. Mij eerste reis maakte enorm indruk op mij. Ik was te gast bij een gezin, en zag dat de mensen het heel armoedig hadden, dat ze datgene wat ze mij boden niet konden betalen, maar toch deden ze het. Ze haalde alles uit de kast om het mij naar de zin te maken. Ik moest slapen in hun bed, zij sliepen op de bank in de kamer. Datzelfde overkwam de jongeren een jaar later toen wij ze bezochten, ontroerd door hun gastvrijheid en vrijgevigheid.

Het lijkt een beetje op het verhaal van de twee sterke vrouwen dat we lazen uit de Schrift.

Ze zijn doodarm, zoals de meeste Joodse weduwen toen waren, want als je weduwe werd verloor je jouw recht op een inkomen, zelfs op steun en bijstand. En wat nog vaker gebeurde was dat ze uitgebuit werden door de Schriftgeleerden. Jezus kan daar niet tegen, Hij breekt deze Schriftgeleerden af tot op het bot. Hij noemt ze schijnheiligen die eer en onderdanigheid eisen en zelfs de huizen van de weduwen verslinden.

Twee van zulke weduwen komen vandaag voor het voetlicht en wat blijkt? Hun geloof is sterker dan alles. Ze kennen geen angst om ten onder te gaan, of te sterven van honger. Dus deelt de weduwe in de Eerste Lezing het beetje brood dat haar nog rest met de profeet Elia. En werpt de weduwe uit het Evangelie twee penningen in de offerkist van de tempel. Dat is alles wat ze bezit. Wat er verder met haar gebeurt weten we niet.

Van de weduwe uit de Eerste Lezing weten we dat ze wordt beloond: de pot met meel en de oliekruik raken niet meer leeg, zodat ze telkens eten kan maken voor zichzelf en haar zoon. Is dit een wonder? Ja, wonderen bestaan nog, ze gebeuren tussen mensen, vaker dan wij zelf denken. Het heeft allemaal te maken met kunnen delen. Met vertrouwen dat het uiteindelijk toch goed zal komen. Met Godsvertrouwen dat uiteindelijk bergen kan verzetten?

Beste mensen, we moeten deze verhalen op de eerste plaats niet lezen als historisch gebeurde verhalen, dat willen deze verhalen niet. Het zijn immers: ver-halen, met andere woorden: ze halen naar boven datgene wat steeds weer opgehaald moeten worden omdat ze van wezenlijk belang zijn voor het leven. Juist door deze verhalen te vertellen worden toehoorders, zoals u en ik vandaag aangemoedigd en opgeroepen zelf dit soort wonderen te bewerkstelligen. Die verhalen kunnen het beste uit onszelf naar boven halen. Je wordt als het ware opgeroepen om zelf zoals die weduwe van Sarfat en die weduwe op het tempelplein te zijn. Dan zouden er veel meer wonderen kunnen gebeuren.

Want geven maakt niet armer, maar maakt jou rijker van geest en van gevoelens. Trouwens als we goed om ons heen kijken zien we best wel voorbeelden van geven zonder eindeloze liefde. Zoals ouders die hun hele leven lang instaan voor hun gehandicapte zoon of dochter. Familieleden of mantelzorgers die dag en nacht zorgen voor een ziek gezinslid. Zo zijn er zoveel voorbeelden van grenzeloos geven en delen.

Lieve mensen,

Die twee weduwen lezen ons vandaag de les van grenzeloos geloof. Ze geven alles wat ze bezitten, omdat ze op God vertrouwen. Omdat ze weten dat zijn liefde grenzeloos is. Is ons geloof ook zo sterk? Jezus zegt: spiegel je niet aan de rijken, maar aan de armen. Want rijken willen meestal maar één ding en dat is nog rijker worden. Terwijl de armen meestal oog hebben voor hun medemensen. Laten we bidden om genade dat ook onze levenskruik vol zit van geloof, van liefde en mededeelzaamheid. Amen.

Ootmarsum, 10 november 2024, Pastor Jan Kerkhof Jonkman

 

 

Hubertusviering 2024 Lattrop

Zorg om heel de schepping

Wat weten we lieve mensen van Hubertus? Ja, hij was de zoon van de hertog van Toulouse, en was in dienst van het hof van koning Diederik. Aan geld geen gebrek, hij genoot van het leven. Hij was getrouwd en had een zoon, Floribertus. Maar op een dag sterft zijn vrouw, hij is daar erg verdrietig om. Hij probeert deze verdrietige tijd door te komen door te gaan jagen en feesten. Dat helpt volgens hem om zijn verdriet te verwerken. Op een dag, wanneer hij op jacht is, dan ziet hij opeens een prachtig hert. Daar moet hij achteraan, om die te bemachtigen. Opeens staat hij oog in oog met het hert en staat klaar om deze met pijl en boog neer te schieten. Op dat moment gebeurt er iets wonderlijks, opeen ziet hij tussen het gewelf een bijzonder licht, dat een kruis vormt. Het kruis verlamt hem en hij vergeet te schieten. Dan hoort hij een stem die tegen hem zegt: Door al jouw rijkdom op aarde moet je de echte rijkdom van de hemel niet vergeten. Ineens beseft hij dat hij te veel heeft gedacht aan zijn eigen plezier en daardoor God is vergeten. Dat zal vanaf nu anders worden.

Hij beseft dat het kruis het symbool is van de liefde van God, dat de natuur ook Gods schepping is en niet iets om zomaar willekeurig te doden. Hij keert zijn leven om, doet afstand van zijn titels, zijn rijke leven en gaat als kluizenaar leven in een afgelegen hut, ergens in de Ardennen. Hij praat over het leven van Jezus, hoe Hij de schepping waardeerde, hij wordt priester en later zelfs bisschop. Hij trekt rond en laat ons zien dat wij in de schepping Gods Hand moeten zien. Dat wij onderdeel zijn van de natuur. Ik weet niet of het allemaal zo gebeurd is, het is dan ook een legende, maar zij laat ons wel zien dat de schepper verborgen zit in heel onze natuur, waar we als het ware een eenheid mee vormen.

Was dat ook niet de waarschuwing van paus Franciscus in zijn encycliek Laudato Si? Je zou mogen zeggen zijn klimaatbrief over het samen zorgen voor ons gemeenschappelijk huis? Hij zegt dat de hele aarde en alles wat erin zit, van God is. Hij is de schepper en wij allen zijn geroepen om Hem te prijzen. Deze paus maakt zich net als Hubertus zorgen over de huidige stand van onze aarde, hoe wij in onze wereld omgaan met sociale ongerechtigheid. God schept de wereld voor ons allemaal, ieder van ons heeft de taak om dat huis ook goed leefbaar te houden. Alle huisgenoten moeten in hun waarde gelaten worden, alles is ook met elkaar verbonden. Alles wat je doet heeft invloed op het hele huis. Als we goed voor de aarde zorgen, dan is dat goed voor iedereen. Iedereen hebben we daarbij nodig. Bouwvakker, verpleegkundige, leraar, politicus, boer en ook de jager. We kennen allen de problemen van deze tijd: De aarde wordt vervuild, het klimaat verandert, er is tekort aan zoet water, de natuur gaat achteruit, en de kwaliteit van leven gaat achteruit en de eenzaamheid neemt toe. Het één voor twaalf, we hebben niet meer zoveel tijd, want de aarde schreeuwt om verandering, om erkenning.

De aarde, ooit zo mooi geschapen, wij vernietigen haar en daarmee maken we het leven onmogelijk voor de toekomst. Ooit sloot god een verbond met Noach om nooit meer de aarde om te laten komen door de zondvloed. Maar wat is er van terecht gekomen?

Ooit zei Jezus, maak je je toch niet bezorgd over eten, kleding en voedsel, kijk naar de vogels op het veld, ze zaaien niet en maaien niet, ze hebben geen voorraadkamers, maar God voedt ze. We moeten weer leren dat de dieren er niet zijn voor ons, maar dat we samen onderdeel zijn van Zijn schepping.  Laat Twente geen vuilnisbelt worden van ons verbraste leven, of een woestijn, waar de Dinkel een droge rivierbedding is geworden.

Lieve mensen, het is de hoogste tijd om ons opnieuw te verbinden met onze natuur, ervan te houden, hierdoor gaan wij dieren en planten, spullen waarderen, in plaats ze als objecten te zien die je grenzeloos mag gebruiken.

Ook de jagers hebben daarin een eigen verantwoordelijkheid om deze verandering vorm te geven. De tijd is voorbij dat je zomaar overal op kon schieten als individuele jager. We opereren nu veel meer in Wild beheers eenheden, waarin jullie gezamenlijk optrekken, en vooral zorgen voor een goede en verantwoorde stand van de natuur, binnen jullie eigen Wild beheerseenheid. Sluit een verbond met de natuur, leef in liefde, solidariteit, en vooral met respect voor de ander. Besef dat we allen afhankelijk zijn van moeder aarde, met al wat erop leeft en groeit. Laat Hubertus ons daarbij inspireren, opdat Gods schepping ooit weer een bloeiende tuin mag worden. Laten wij dit doen als goede rentmeesters van de natuur die God ons heeft toevertrouwd. Laten wij rentmeesters worden, zoals de heilige Hubertus ons tot voorbeeld was. Amen.

Lattrop, 9 november 2024 Pastor Jan Kerkhof Jonkman